Uw huisarts heeft een wetenschappelijke opleiding genoten aan de Rijksuniversiteit Groningen en maakt gebruik van alle geneeswijzen en technieken die toetsbaar zijn aan algemeen aanvaarde wetenschap, kennis en ervaring.
Dat betekent dat hij geen voorstander is van veel als alternatief bekend staande geneeswijzen. Hij zal hier niet actief naar verwijzen en er ook geen reclame voor maken. Dit betekent echter nadrukkelijk niet dat hij dit patiënten zou willen verbieden. Hij is van mening dat patiënten vrij zijn in hun keuze voor een geneeswijze die hen baten oplevert, ook al ondersteunt de wetenschap die geneeswijze niet. Uw huisarts is wel graag op de hoogte van alternatieve behandelingen en is een warm voorstander van een eerlijke communicatie hierover van twee kanten. Dit laatste betekent in de praktijk dat patiënten zich geen zorgen hoeven te maken dat hun huisarts negatief oordeelt over patiënten die gebruik maken van alternatieve geneeswijzen. Tevens betekent dit dat hij alternatief werkende therapeuten waar mogelijk zal bewegen tot een goede verslaglegging van hun behandelingen. Hij vindt overleg tussen therapeut en huisartsenpraktijk vanzelfsprekend.
Praktijkervaring leert dat patiënten alternatieve behandelingen vaak verzwijgen voor hun huisarts. Verslaglegging van de therapeut naar de huisarts blijft om velerlei redenen vaak achterwege. Vanuit gezondheidsoogpunt en veiligheid is dit jammer, ongewenst en in strijd met goed hulpverlenerschap.
Voorbeelden van alternatieve geneeskunde zijn: homeopathie, bio-elektrische impedantie analyse, chiropractie, andullatietherapie. Soms wordt er door alternatieve therapeuten een wetenschappelijke titel geclaimd. Deze wetenschappelijke titel is dan nooit in Nederland verworven. Internationale onderwijsverdragen verhinderen Nederland om het voeren van zo’n titel te verbieden. Zo mag een chiropracter, zo bevestigde de rechter onlangs, zich Dr. noemen na een tweejarige studie aan een Amerikaanse universiteit. In Nederland mag iemand zich na zijn universitaire studie pas Dr. noemen als er ook een proefschrift is geschreven.
Wel beschermde titels in Nederland zijn arts, huisarts, internist etc. Met zo’n titel staat iemand ook altijd ingeschreven in het (openbare) BIG register. Het BIG register geeft duidelijkheid over de diploma’s en bevoegdheden van een zorgverlener. Vraag bij twijfel aan de deskundigheid en/of kwalificaties van een therapeut altijd naar deze registratie.